1/27/2011

MONDRIAAN EN HET OUDE CHINA

"M. heeft altijd het vroege Chineesche schilder- en teeken-werk bewonderd. Omstreeks 1925 ging hij geregeld met een van de oude vrienden en diens vrouw naar Parijsche musea om dat werk te zien. Speciaal de vroege dingen tot omstreeks Chr.geb. troffen hem, vooral schilderwerk, penseel- en lijnkunst. Er was een voorstelling, die hem trof: 2 mannetjes meest in lompen en slordig gekleed, lachend of grijnzend, de een met een papierrol, de ander met een bezem, maar ontegenzeggelijk met allure: Han Shan en Shi Tê. Het zijn geen clowns, al lijkt dat oppervlakkig zoo. Het zijn evenmin landloopers, maar wijzen. Die papierrol van Han Shan is het boek der natuur, en bevat als zoodanig meer kennis en wijsheid dan in alle andere boeken vervat is. De bezem van Shi Tê reinigt de mensch van zorgen, droefenis en leed. Er komt een tijd dat een mensch kan lachen, glimlachen, om wat hem vroeger in beroering bracht of in droefenis stootte, vooral als hij een taak te vervullen heeft.
De voorstelling van die 2 mannetjes, en de toepassing op eigen leven, heeft diepe indruk op M. gemaakt. Hij ontmoette eigenschappen van zichzelf in de houding van die 2 chinesche figuren, o.a. zijn ironische reacties, zijn spotzucht, en zijn vertellen op zijn nonchalante manier van voor hem toch belangrijke gebeurtenissen. De kennismaking met de 2 figuren viel in hoofdzaak samen met een voor zijn werk belangrijke, maar voor hem persoonlijk moeilijke periode: die van de jaren om en kort na 1925. Die mannetjes lachten uitbundig om de stoornissen die het leed in hun leven had willen brengen. Wat zij door hun voorbeeeld wilden suggereeren, was een stabiel levensniveau op een bereikte vaste basis, die instaat stelt ongestoord te werken, zooals voor hem voorbeschikt. Dat kan niet anders bereikt worden dan door een innerlijk proces. Daar heeft M. dan ook zijn hele leven naar gestreefd, omdat hij wist die diepte en dat weerstands-vermogen, en die losmaking, nodig te hebben voor zijn werk."

Albert van den Briel, 1967

't is alles een groote eenheid , Bert
Piet Mondriaan, Albert van den Briel en hun vriendschap, aan de hand van brieven, documenten en fragmenten bezorgd en van een nawoord voorzien door herbert Henkels

JOH. ENSCHEDE EN ZONEN, HAARLEM, 1988

ISBN 90 700024 47 0

Blogarchief